Veiligheidsregio Zeeland: ‘We hebben nu veel sneller de juiste informatie’
Hoe beschik je tijdens een crisis of incident snel over de juiste informatie? De veiligheidsregio Zeeland en het Fieldlab Zuid6 hebben de afgelopen 2 jaar een pilot gedraaid met het informatiesysteem DigiTwin van het bedrijf Argaleo. Wat heeft dit systeem hen gebracht? En hoe zien zij de doorontwikkeling naar de toekomst?
Zuid6 (het samenwerkingsverband van de 6 zuidelijke veiligheidsregio’s) was 2 jaar geleden op zoek naar een tool waarmee zij meer inzicht konden krijgen in de actuele risico's en dreigingen van een specifiek gebied. “We hebben een marktverkenning gedaan”, vertelt Pepijn de Smet, projectleider names Zuid6. “Daar is het informatiesysteem DigiTwin van Argaleo uitgekomen.”
“Het mooie aan dit systeem is dat we zelf een gebied kunnen selecteren”, vertelt Marcel Matthijsse, beleidsadviseur bij VRZ en Landelijk coördinator Preparatie Watercrisis Veiligheidsregio’s. “We krijgen dan meteen de gegevens van dat specifieke gebied te zien, bijvoorbeeld het aantal inwoners. Dat was voor ons al een grote sprong vooruit. Het maakt namelijk nogal wat uit of je 4.000 of 40.000 mensen moet evacueren. We kunnen ook meteen zien welke functie de gebouwen in dat gebied hebben, bijvoorbeeld hoeveel zorginstellingen er staan en welke dagbezetting zij hebben op basis van de vergunningverlening. Zo hebben we meteen een goed beeld van het getroffen gebied.”
“De afgelopen 2 jaar hebben we het systeem samen met Argaleo verder doorontwikkeld”, zegt Pieter Jongejan, informatiespecialist bij de veiligheidsregio Zeeland. “Bij een brand willen we bijvoorbeeld weten welk gebied er onder de rookwolk valt. Daarom heeft Argaleo een koppeling gemaakt met de data van het actuele weer. Zo zien we precies over welk gebied de rookpluim heen waait. We hebben ook andere koppelingen gemaakt. Een voorbeeld daarvan is de koppeling met het landelijke gemeenschappelijke meldkamersysteem (GMS). Zo zien we in één oogopslag welke meldingen er in dit gebied zijn en wat de status daarvan is.”
DigiTwin heeft dus een behoorlijke ontwikkeling doorgemaakt. Kunnen jullie me allereerst meenemen naar het begin? Wat viel jullie het eerste op toen jullie met DigiTwin gingen werken?
Marcel: “Dat het systeem een goede basis heeft. De gebouwen op de kaart worden in 3D weergegeven. Dat was voor ons al een grote stap vooruit, want daardoor kunnen we nu om de gebouwen heen kijken. De brandweer staat vaak voor een pand. Zij zien niet hoe ver het pand naar achteren doorloopt. In DigiTwin zien we welke vorm het gebouw heeft en hoe hoog het is. Dat laatste is ook waardevolle informatie. Een kinderdagverblijf in hoogbouw is iets heel anders dan een kinderdagverblijf op de begane grond.”
We kunnen op de objecten klikken en vervolgens zien we alle relevante informatie die over het gebouw beschikbaar is, bijvoorbeeld hoe oud het gebouw is, welke bestemming het heeft en wat de dagbezetting is op basis van de vergunningverlening. Vroeger moesten we al die informatie opzoeken. Nu staat alles overzichtelijk bij elkaar in één systeem.”
Hoe heeft DigiTwin zich vervolgens doorontwikkeld?
Pepijn: “We hebben gekeken welke informatie we bij crises en incidenten nodig hebben. Die data hebben we toegevoegd aan het systeem. We hebben bijvoorbeeld wel eens een grote buitenbrand gehad. We wilden toen weten welke leidingen er onder de grond lagen en welke gevaarlijke stoffen daar doorheen gaan. Het kostte tijd om dat uit te zoeken.
We hebben de data van al die leidingen aan het systeem toegevoegd. Zo kunnen we bij een volgende -brand meteen zien hoe de leidingen lopen, welke stoffen daar doorheen gaan en wie de eigenaar is. Zo kunnen we sneller handelen.”
Kun je meer voorbeelden noemen van waardevolle data die jullie nu uit het systeem halen?
“Real time data, bijvoorbeeld over de relatieve snelheid van het verkeer. Die snelheden worden weergegeven in de kleuren groen, geel en rood, zoals je dat ook gewend bent vanuit Google Maps.
Ook hebben we nu real time zicht op de drukte in het gebied. Die data is afkomstig van de app’s die mensen gebruiken op hun telefoon. Zo weten we hoeveel mensen er in een gebied zijn, ook als daar geen camera's hangen.”
“Deze functionaliteit zijn we nu samen met de TU Delft verder aan het uitbouwen”, zegt Michel ten Brummelhuis, projectmanager bij Argaleo. “We zijn aan het kijken of we ook kunnen weergeven wat de verwachte drukte in de gebieden is, bijvoorbeeld een week vooruit. Dat geeft nog meer handelingsperspectief.”
Kun je voorbeelden van incidenten noemen waarin DigiTwin zijn waarde al bewezen heeft?
Pieter: “We hebben wel eens te maken gekregen met een zandzuiger die een bom uit de Tweede Wereldoorlog had opgezogen. De Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD) gaf toen aan dat het gebied rondom de bom geëvacueerd moest worden.
We hebben toen op de kaart in DigiTwin het gebied geselecteerd. Vervolgens kregen we met één druk op de knop een Excel-bestand met alle bedrijven die zich in dat gebied bevinden. De afdeling bevolkingszorg kon die bedrijven bellen en verzoeken het pand te verlaten. Zonder DigiTwin hadden ze in het handelsregister van de Kamer van Koophandel moeten opzoeken welke bedrijven daar gevestigd waren. Dat was veel meer werk geweest.”
Pepijn: “Er zijn veel meer crises waarin een DigiTwin een handig hulpmiddel kan zijn. Tijdens de coronapandemie hadden we het bijvoorbeeld kunnen gebruiken om de besmettingen per wijk in kaart te brengen. Zo hadden we de aanpak daarop aan kunnen passen.
En eind vorig jaar ontstond er maatschappelijke onrust omdat de energieprijzen snel stegen. Wij kunnen in DigiTwin precies zien in welke achterstandswijken de meeste huizen staan met een laag energielabel. Dat zijn de wijken waar je de meeste onrust kunt verwachten. Met dat soort inzichten, kun je je beter voorbereiden.”
Waar staan jullie nu? En hoe gaan jullie ervoor zorgen dat jullie nog meer profijt hebben van de applicatie?
Marcel: “Voor ons heeft DigiTwin zijn kracht bewezen. Dus wij gaan het implementeren in onze werkprocessen. We hopen dat ook onze crisispartners, zoals gemeentes en andere veiligheidsregio's, ermee gaan werken, omdat het hen veel gemak en efficiency oplevert.”
Pieter: “Daarnaast gaan we Rijkswaterstaat helpen bij het ontwikkelen van een evacuatiemodule in DigiTwin. Bij een grote ramp wil je graag real time weten hoe snel je mensen uit een gebied krijgt. Over welke wegen kun je hen het beste sturen? En hoelang duurt het voordat het gebied leeg is? Wij hebben nu veel ervaring met DigiTwin. Bovendien is Zeeland een bijzondere provincie waar op zomerse dagen veel meer mensen verblijven dan in de winter. We gaan onderzoeken hoe we ook die miljoenen toeristen weer kunnen geven in DigiTwin, zodat Rijkswaterstaat die real time data mee kan nemen in hun plannen en scenario’s.”
Marcel: “Bovendien zien we ook zelf nog veel mogelijkheden om nóg meer met het systeem te gaan doen. Hoe mooi zou het bijvoorbeeld zijn om ook de planvorming van de verschillende gebouwen in DigiTwin onder te brengen? Ik stel me zo voor dat je bij een incident dan automatisch de eerste 10 acties te zien krijgt.
En we hebben in dit gebied veel scheepvaart met gevaarlijke stoffen. Het zou mooi zijn als we via DigiTwin inzichtelijk kunnen maken waar die schepen zich bevinden.”
Op landelijk niveau wordt er gewerkt aan het Knooppunt Coördinatie Rijk en Regio’s (KCR2). In hoeverre sluit DigiTwin aan op het KCR2 dat nu gebouwd wordt?
Pepijn: “DigiTwin kan met elk ander systeem samenwerken. Dat is geen probleem. Het is wel belangrijk dat we op landelijk niveau afspraken maken over de datasets die we gebruiken, want dat zorgt ervoor dat we vanuit hetzelfde beeld met elkaar samenwerken.”
Jullie noemden net twee crises die we niet vooraf hebben zien aankomen, namelijk de energiecrisis en de coronapandemie. Is het realistisch om te denken dat je je kunt voorbereiden op een crisis, waarvan je het bestaan nu nog niet kent?
Pieter: “Natuurlijk weten we niet met welke type crises we in de toekomst te maken krijgen. Maar we kunnen er wel voor zorgen dat we vooraf zo veel mogelijk relevante data bij elkaar brengen. Daarom gebruik ik DigiTwin in de gesprekken die ik met onze crisispartners heb. Ik laat hen zien wat we hen te bieden hebben en ik vraag welke relevante data zij graag met ons willen delen. Zo wordt het systeem stap voor stap gevuld met steeds meer data die voor een volgende crisis relevant kan zijn.”
Tot slot, jullie hebben nu de nodige ervaring opgebouwd. Welk advies zouden jullie nieuwe gebruikers willen geven?
Pepijn: “Zorg dat de data bij de bron op orde is. Ik wilde bijvoorbeeld een keer de ondergrondse parkeergarages van dit gebied aan DigiTwin toevoegen. Ik wilde daarvoor een koppeling maken met de data van de gemeentes. Ik merkte toen dat die dataset niet compleet was. Het is dan verleidelijk om handmatig de ontbrekende parkeergarages toe te voegen. Maar het is beter om het gesprek aan te gaan met de gemeentes en dat heb ik gedaan. Zij begrijpen nu waarom het voor ons belangrijk is dat zij de juiste data aanleveren en doen dat ook. Zo hebben we een optimalisatieslag gemaakt bij de bron.”
Marcel: “Mijn advies zou zijn: zorg dat je leert van de ervaringen van andere gebruikers, ook uit andere domeinen. Argaleo heeft meer informatieproducten, zoals de Crowd Safety Manager. Deze wordt door verschillende gemeentes en de politie gebruikt om de drukte in kaart te brengen, bijvoorbeeld bij evenementen. Het is leerzaam om te zien hoe zij dat product inzetten. Zo voorkom je dat je allemaal het wiel aan het uitvinden bent.”
Michel: “Tot nu toe brachten we de gebruikers van de verschillende domeinen op een informele manier met elkaar in contact. Vanaf dit jaar gaan we dat meer faciliteren. We gaan twee keer per jaar een bijeenkomst organiseren waarop gebruikers van verschillende domeinen ervaringen met elkaar kunnen delen. Zo wordt het nog gemakkelijker om van elkaar te leren.”
En voor welke valkuilen zou je nieuwe gebruikers willen waarschuwen?
Pepijn: “Zorg dat je het niet te ingewikkeld maakt. Houd de toepasbaarheid in de gaten. Je kunt met DigiTwin echt alles inzichtelijk maken. Maar daardoor wordt het wel onoverzichtelijk. En tijdens een crisis hebben mensen maar weinig tijd om een beslissing te nemen. Beperk je dus tot de informatie die zij nodig hebben om goede besluiten te nemen en laat de rest achter wegen.”